Skip to main content
Schilderij van een boerenkermis

De kermis uit overgrootmoeders tijd

Schilderij van een boerenkermis

De bisschop en de bebaarde dame

Et tu, Domine Jesu Christe, infunde Spiritum sanctum in hanc Ecclesiam tuam, et altare!’ Met die woorden smeekte de bisschop de zegen van de Heer af over de nieuwe parochiekerk. Als bij toverslag was ze nu klaar voor gebruik door de pastoor en zijn gelovigen. Op één formaliteit na…

Feest!

De parochianen bezegelden de wijding van het gebouw met een volksfestijn – en dat deden ze nadien elk jaar over. Na de plechtige ‘kerkmis’ trokken zich processies op gang waarbij heiligenbeelden en relikwieën werden rondgedragen. De straten en pleinen moesten er dan ook piekfijn bij liggen: inwoners kregen de opdracht elk te vegen voor eigen deur.

Niet dat het parcours lang proper bleef. Tegen de middag was het tijd voor een eerste banket met familie en vrienden thuis, waarna het door bier en wijn aangevuurde feestgedruis zich verplaatste naar de straat en de herberg. Tussen wijding en zonde stond de kerk in het midden.

Randanimatie

Net als de jaarmarkt had de ker(k)mis zijn wortels in de middeleeuwen. In de vroegmoderne tijd gingen deze jaarlijkse hoogtepunten in steeds meer steden samenvallen. Gestaag breidde zich daarbij de randanimatie uit. Toneelgezelschappen, marionettenspelers, koorddansers en acrobaten trokken van plek tot plek, al dan niet vergezeld door gedresseerde dieren. Steeds meer ‘chirurgijns’ ook, vaak kwakzalvers die veel belangstelling trokken met theatraal uitgevoerde ingrepen. In rariteitenkabinetten vergaapte men zich aan vrouwen met baarden, mannen zonder ledematen, mensen met dwerg- of juist reuzengroei. De nieuwsgierigheid werd overigens niet enkel met platte sensatie bevredigd. In een tijd waarin weinig mensen toegang hadden tot onderwijs, was de kermis een plek waar Jan en alleman zich kon vergapen aan de nieuwste wetenschappelijke uitvindingen, medische kennis en technologische ontwikkelingen.

Gemechaniseerde pret

Tegen de 20e eeuw begon de gemechaniseerde pret aan zijn veroveringstocht van de kermis. Nog steeds vergaapte men er zich aan shows met exotische fauna, bijzondere mensen, lichtspektakels en vuurwerk. Tegelijk werd de toeschouwer ook deelnemer. Of passagier, zo je wil. Door stoom- en andere krachten aangedreven draaimolens, reuzenraderen en roetsjbanen brachten de burger tot duizelingwekkende hoogtes. Soms tot duizeligheid zonder meer.

Hoe dan ook verbergt de kermis zoals wij die vandaag kennen een lange evolutie, waarin de middeleeuwse genen van een religieus feest en van de wereldlijke foor zich met elkaar verknoopten.

Strijkt neer in Bokrijk tijdens Winterlicht: de kermis uit overgrootmoeders tijd!

 

Afbeelding: Boerenkermis met opvoering van de klucht ‘Een cluyte van Plaeyerwater’, Pieter Baltens, ca. 1570

Subscribe to the newsletter